Weet je nog hoe dat vroeger ging? Voor het inschrijven van oudergesprekken moesten ouders op een inschrijflijst aangeven wanneer ze op oudergesprek konden komen. Van ouders werd verwacht dat ze in staat waren om op school te komen om zich in te schrijven. Wanneer de lijst op maandag opgehangen werd moest je als ouder er snel bij zijn, want anders waren de meeste tijden al bezet. Ik weet nog goed dat dit voor mijzelf als leerkracht best een organisatie was. Dit moest tijdig opgehangen worden in de klas zodat ouders: de tijd hadden om zich in te schrijven, maar ook weer niet te ver vooraf, want anders bestond het gevaar dat ze de afspraak zouden vergeten. Ik zal wat keren klaar hebben gezeten voor een gesprek waarbij ouders het - geheel onbedoeld - vergeten waren. Het voordeel van Gnap is dat de kindgesprekken gemakkelijk te plannen zijn voor de groepsleider. De tijdsloten worden bepaald en met een druk op de knop bereik je alle ouders. Deze ouders krijgen een melding op hun mobiel en kunnen vervolgens gemakkelijk een tijdslot kiezen. Wanneer de datum voor het gesprek nadert krijgen ouders een reminder op hun telefoon binnen. Gesprekken online of in real life zijn beiden mogelijk. Het laatste heeft mijn voorkeur.
Samen met ouders stem je tijdens een gesprek af wat er nodig is om het beste uit het kind te laten vloeien. Het is belangrijk voor een mens om verantwoordelijkheid te voelen én hebben op het eigen leerproces. Graag voer ik mijn gesprekken uit waar het kind bij aanwezig is. Want hoe willen we dat het kind zich verantwoordelijk voelt, als deze gesprekken plaatsvinden zonder dat ze daar bij zijn? Het gaat tenslotte over hen… Om kinderen te leren omgaan met zichzelf, de ander en de wereld is het belangrijk dat kinderen, ouders én de leerkracht hun ervaringen delen en samen onderzoeken hoe het kind het beste begeleid kan worden.
Dit doet me denken aan een oudergesprek dat ik zo’n 10 jaar geleden voerde. Het was een zorggesprek. Het kind (Ik zal hem vanaf nu voor het gemak Jan noemen), zijn Ouders, de onderwijsassistent en ik zaten aan een tafel in de klas.
Jan zat niet lekker in zijn vel. Met een overgevoeligheid voor prikkels van buitenaf waren de gemeenschappelijke activiteiten voor hem zwaar te noemen. De onderwijsassistent hielp hem een aantal keer per week op het overzicht houden van de dag.
Hij zat er voorovergebogen bij. “Ik wil zo graag net als de andere kinderen meedoen. Ik vind het gezellig… Maar de lichten, het geluid, de bewegingen van zoveel mensen…. Ik vind het lastig.” Jan zuchtte nog eens diep. De laatste 2 weeksluitingen waren hem niet “gelukt”. Hij had een boekje gelezen in de klas tot de weeksluiting voorbij was en de kinderen vol verhalen terug kwamen. Hij werd blij van de verhalen… Maar nog liever had hij eraan deelgenomen. Hij zat er duidelijk mee...
De moeder van Jan aaide over zijn rug. Er volgde even een stilte. Jan keek even rond en we vervolgden het gesprek met iets luchtigs: zijn verjaardag. Twee weken ervoor had hij zijn 10e verjaardag gevierd.: “Weet je wat mijn mooiste cadeau was Hannah?” Natuurlijk vroeg ik hem verder te vertellen. “Fotograferen”, Vervolgde hij met een lach.
Voor zijn verjaardag had hij een fototoestel gekregen. Vol trots vertelde hij over het fotograferen van zijn kat én de mensen op zijn verjaardag. In zijn ogen gingen lichtjes branden. “Eerst wist ik niet goed hoe het apparaat werkte, maar hoe langer ik er mee oefen, hoe beter het gaat. Het geeft me rust om er later nog eens naar te kijken.”
Zijn moeder had ondertussen ook weer een lach op het gezicht: “Het is een schot in de roos, dit cadeau”. Thuis was het soms ook wel even zoeken met Jan, om zijn welbevinden te bewaken.
We spreken nog even over het fotograferen wanneer de onderwijsassistent ineens roept “Ik heb een idee! Wat als jij de schoolfotograaf van de school wordt?” Ze staat nog net niet op van haar stoel.
Jan keek haar geboeid aan… “Ik?” “Ja!” vervolgde ze. “Jij maakt tijdens de weeksluitingen de foto’s en deelt deze met de verschillende groepen”.
Hij kijkt me wat twijfelend maar met dezelfde lichtjes aan “Mag dat?” “Natuurlijk mag dat!” zeg ik: “Wat een prachtig idee!”
De weeksluitingen erop had Jan een taak. Het fotograferen van de optredens, het sorteren van de foto’s en het verdelen ervan. Door het kader in de camera had hij rust. Wat er op het podium gebeurde was voor hem niet zo knallend meer, het was te overzien. Tijdens de weeksluiting bekeek ik hem met regelmaat. Met een lach op zijn gezicht vervulde hij zijn taak. Betekenisvol.
Doordat we samen hadden gezeten en het kind de kans kreeg om deel te nemen aan het gesprek waren we tot een oplossing gekomen. Eén waarbij het kind in zijn kracht gezet werd en hij deel kon nemen aan het schoolgebeuren.
Nog vaak denk ik aan dit verhaal terug. Het omdenken van mijn collega heeft me een waardevolle les geleerd waar ik haar nog steeds dankbaar voor ben!
Tot de volgende keer!
Liefs Hannah.
“Tell me and I’ll forget…
Teach me and I’ll remember..
Involve me and I’ll learn.”
Bron: Ziber Education